Verrassingen uit het ondergrondse

SUBIN: samenwerking tussen infrapartners en ondergrond

Beperkte ruimte in de ondergrond dwingt infrabeheerders tot onderlinge samenwerking, bijvoorbeeld in het aanleggen en vervangen van ondergrondse infrastructuur. In onderzoeksproject SUBIN staat die samenwerking centraal. Maar ook met de ondergrond zélf dient samengewerkt te worden. De eerste bevindingen leren dat infrabeheerders met uitgebreide contracten, vergunningen en protocollen proberen de ondergrond te beheersen. Maar van  protocollen trekt de ondergrond zich niets aan. ‘Wie onvoorspelbaarheid als gegeven beschouwt, komt voor minder verrassingen te staan en lijkt daarmee uiteindelijk succesvoller.’ De onderzoekers delen de eerste onderzoeksresultaten.

Zolang er water uit de kraan komt, gas uit het fornuis en het licht het doet zijn veel mensen zich nauwelijks bewust van wat er allemaal onder de grond ligt. Tenzij er iets kapotgaat of vervangen moet worden en de ‘spaghetti’ van kabels en leidingen ontbloot wordt, is het dus ook heel gemakkelijk om te vergeten hoe afhankelijk we zijn van infrastructuur. Zo’n blinde vlek is de infrasector niet gegund. En toch blijkt de rol van de ondergrond zelf, in het plannen, aansturen en uitvoeren van werkzaamheden met die ondergrondse infrastructuur, nog enigszins ondoorgrondelijk.

Verrassingen
Lekkages, verzakkingen, vervuilde grond, weeskabels, onverwachte liggingen, oude funderingen, noem het maar op: wie in de grond roert weet dat er altijd iets onverwachts boven komt drijven. Al een paar jaar geleden werden de eerste drones ingezet om met scans de onzichtbare ondergrond in kaart te brengen. Het (nauwkeuriger) in kaart brengen van de ondergrond lijkt inderdaad een behulpzame ontwikkeling, maar op zichzelf lang niet voldoende om de onvoorspelbaarheid van het werk in de ondergrond te bedwingen. Dat is precies waar het onderzoekproject SUBIN (zie kader) de komende paar jaar naar wil kijken. Wat is nu precies de rol van die onvoorspelbare ondergrond bij de planning en realisatie van infrastructurele projecten? Hoe zorgen projectpartners ervoor dat werkzaamheden blijven doorgaan, ook nadat ze op de zoveelste verrassing zijn gestuit?

Plannen en protocollen
In het eerste jaar dat we nu bezig zijn met ons onderzoek blijkt dat projectmanagers, assetmanagers, netbeheerders en aannemers risico’s die het werk in de ondergrond met zich meebrengt, vooral met uitgebreide contracten, vergunningen en protocollen proberen te beheersen. Maar de ondergrond blijft zulke rationele systemen uitdagen. Neem nu het weer. Dan kan je alles nog zo goed op orde hebben, maar op een dag dat een sneeuwdek de bouwplaatsen in Nederland bedekt ligt het werk grotendeels stil. Dan blijkt de ondergrond niet ‘slechts’ een vat voor kabels en leidingen, maar onderdeel van een ecologie, van de natuur, waar de seizoenen nog altijd hun gang gaan.

‘Het gevoel’
Tijdens onze observaties zien we dat mensen die hun beoogde doelen bereiken niet alleen onderling nauw samenwerken, maar als het ware ook mét die ondergrond werken. Ze nemen die onvoorspelbaarheid als gegeven en trekken op onderzoek uit. Ze onderzoeken de geschiedenis van het terrein en waar hun assets daadwerkelijk lopen; ze nemen niets voor lief. Zo leren het gebied op hun duimpje kennen. Werken in de ondergrond ‘daar moet je gevoel voor krijgen’, zo krijgen we vaak uit het veld te horen, van zowel netbeheerders, aannemers én opdrachtgevers. Belangrijk lijkt het bovendien om een levendige voorstelling te krijgen bij wat het project specifiek op díe plek hoopt te realiseren. En dan is er empathie. Want die infrabeheerder weet misschien wel hoe die kabel loopt, dat die heel fragiel is of nét even een vreemde bocht maakt. Veel projectpartners zullen die kennis en ervaring ontberen. Denk maar weer even aan die blinde vlek. De komende jaren blijven we verder zoeken naar de ‘lessons learned’ in ondergrondse infrastructuurprojecten. Wij zullen die lessen vervolgens weer met u delen, zodat u – ondanks de vele verrassingen die u vermoedelijk zult blijven tegenkomen – betrouwbare, weerbare infrastructuren kunt creëren.

Over SUBIN
In maart vorig jaar zijn onderzoekers van de Rotterdamse Erasmus Universiteit, Technische Universiteit Delft en Vrije Universiteit Amsterdam met ondersteuning van NWO en NGinfra begonnen aan een onderzoek naar samenwerking in de aanleg en het onderhoud van ondergrondse infrastructuur. SUBIN staat voor Inter-organizational collaboration in the governance of subsurface infrastructure networks. Kritische infrastructuren in stedelijke gebieden bevinden zich in toenemende mate onder de grond. De beperkte ruimte in de ondergrond dwingt infrabeheerders tot onderlinge samenwerking bij de besluitvorming rond aanleg en vervanging. De studie onderzoekt verschillende vormen van succesvolle samenwerking en afspraken en arrangementen tussen organisaties om zo weerbare netwerken te creëren. SUBIN is onderdeel van het programma Responsive Innovations. Het in stand houden en verbeteren van de infrastructuren in Nederland vraagt onder andere om betere afstemming tussen verschillende partijen, innovatief gebruik van datastromen, nieuwe businessmodellen en flexibiliteit. Om aan deze uitdaging tegemoet te komen, hebben NGinfra en NWO in een eerste ronde van het programma Responsive Innovations zes onderzoeksprojecten financiering toegekend.

 

Terug naar overzicht