Slim investeren in de toekomst

AUTEURS ROBIN NEEF, TIM BUSSCHER, STEFAN VERWEIJ (ALLEN RIJKSUNIVERSITEIT GRONINGEN)

Het doel van het RITRI-onderzoek is om de responsiviteit van het infrastructuurnetwerk te vergroten door inzichtelijk te maken welke institutionele veranderingen nodig zijn om slimme investeringskansen te benutten. Op basis van een visualisering van de kansen, gezamenlijke scenario-ontwikkeling, een institutionele analyse en een serious game worden de slimme investeringen voor de toekomst onderzocht. Ruim een jaar geleden is de onderzoeksagenda van het onderzoeksproject in NGinfraMagazine gepubliceerd. Hoe staat het er nu mee?

Het afgelopen jaar stond voor het Groningse RITRI-team in het teken van het uitvoeren van de scenariostudie. Tegelijkertijd ontwikkelt het Twentse RITRI-team een investeringskansenkaart. Daarvoor onderzoeken ze de effecten van een verandering in de infrastructurele assets van één infrastructuursysteem op het functioneren van een ander system via hun onderlinge afhankelijkheden, geheel in de system of systems gedachte. Neem bijvoorbeeld een in de toekomst benodigde terminalcapaciteitsvergroting in de haven van Rotterdam. De interne gevolgen hiervan zijn vrij goed in kaart gebracht. Maar wat zijn de effecten op het benodigde energienet? En welke gevolgen zullen de weg en het spoor ervaren? En is er misschien overlap in ruimte en tijd om ook capaciteitsvraagstukken van de energie- en spoorsystemen af te stemmen, zodat er gesproken kan worden van een investeringskans? De scenariostudie richt zich specifiek op de infrasector en mogelijke maatschappelijke, technologische en klimatologische toekomstige wensen aan en ontwikkelingen in die sector. Een op maat gemaakte scenariostudie is essentieel: bredere, meer intersectorale scenariostudies, zoals de WLO toekomst studie van het Planbureau voor de Leefomgeving en het CBS, is namelijk vaak niet in staat de toekomstbeelden in detail per sector te schetsen. Uit meerdere bezoeken bij de infrabeheerders zijn de twaalf grootste ontwikkelingen gehaald, die vervolgens gekwantificeerd zijn. De vraag aan de beheerders was: hoe zal de infrastructuur en de infrasector er in 2050 uit zien? En wat is het verschil tussen de verwachte en de gewenste situatie? Na een ronde waarin de infrabeheerders mochten reflecteren op hun eigen en elkaars uitkomsten, konden de scenario’s gemaakt worden. De ontstane scenario’s sluiten zodoende aan op heersende toekomstbeelden bij de infrastructuurbeheerders. Dat is cruciaal, want mensen handelen naar hun toekomstbeelden. Die beelden over die twaalf ontwikkelingen werden gegroepeerd op zo’n manier dat de verschillen binnen de groepen zo klein mogelijk waren en de verschillen tussen de groepen zo groot mogelijk. Zo ontstonden zes scenario’s: De Infraconomie Revolutie, De Veiligheid Revolutie, De Groene Revolutie, De Technologische Revolutie, De Gemiste Boot Revolutie en Business as usual. Over een jaar komen de scenariostudie en de investeringskansenkaart samen. De investeringskansenkaart zal dan als speelbord voor een serious game dienen; de scenariostudie zijn de omstandigheden. De scenario’s zijn dan een soort stresstests voor beslissingen: is de investeringskans er onder alle scenario’s? is de investeringsbeslissing voor interdepedente netwerken toekomstbestendig? Door middel van deze serious game kunnen de investeringskansen ontdekt worden, rekening houdende met verschillende toekomsten.

Terug naar overzicht